1. Ze houdt van lezen, ze graag zien ____ ____ poëzie.
2. Praat over zijn baas werk _______ ___
3. Hij pakte een kopje koffie, ging toen naar de lounge ___ _____
4. Hij werd ziek, hoofd doet pijn ______ _____
5. Ik kocht een nieuwe tafel, oude _ verloren zou gaan _______
6. ik werd in het ziekenhuis, en deze ochtend ging ik naar de balie voor ziekenhuisopname _ ______
7. ik vaak brood kopen bij de supermarkt ___x _____
8. ik ga naar het station, kunt u _ _ neem me om te gaan? _______
9. Ik ben bezig met huiswerk, ik denk dat deze vraag moeilijk is _______ __
10. Hij wil vrienden te praten, hij ging op zoek naar hem _ zijn stoel _________
11. Ik wacht op de bus, de bus zal _10 minuten naar ___________
正在翻譯中..
![](//zhcntimg.ilovetranslation.com/pic/loading_3.gif?v=b9814dd30c1d7c59_8619)